maandag 10 oktober 2016

Oogstgoed, al goed

Een zelfpluktuin hadden de Ecotrippers nog niet bezocht. Om deze leegte op onze blog in te vullen, gingen we op bezoek bij Benny en zijn CSA-project Oogstgoed.

Al van verre werd duidelijk dat we op een idyllische plaats zouden terechtkomen. Aan de rand van de Gentbrugse Meersen, achter het kasteel Coninxdonck, een beetje verscholen tussen de bomen, ligt de Oogstgoed-akker; maar liefst 2,5 hectare grond, waarvan iets meer dan 1 hectare gebruikt wordt voor groenteteelt. Daarnaast vind je er ook een kippenweide, varkentjes en een hele oude boomgaard aangevuld met vers geplante bomen . Het resultaat mag er wezen.






Onze 'kappers' en emmer kwamen ons reeds tegemoet. "Jullie kwamen hier toch om te werken?" lacht boer Benny. En uiteraard, anders zouden wij toch geen ecotrippers zijn. We ontdeden de aardbeibedden van hun allergrootste vijand: zuring. Echt geen lachertje, zo ontdekten we. Toch bleven we gaan tot het einde. Zelfs brandnetelwonden konden ons niet stoppen - ze zeggen toch dat, dat goed is voor ons bloed, nietwaar. 

 



Wij kregen ook een boeiende rondleiding op het veld. Terwijl bioboer Benny ons troonde naar de courgettes, paprika's en andere 'fruitigen', zagen we rondom ons verschillende plukkers in de weer. Begin september = topperiode om te plukken. Plukkers kunnen op elk moment langskomen om hun groentjes te oogsten. Dat is een wederzijds vertrouwen tussen boer en aandeelhouder, vertelt Benny. De bedden van de courgettes werden overspoeld. Zo'n hoop courgettes, je zou voor minder je keuken in gaan.




Twee studenten van de opleiding Landwijzer lopen stage bij Oogstgoed. Naast ervaring en experimenteerruimte, mogen zij ook naar hartenlust groentjes meenemen op het einde van een werkdag. Een mooie ruil! Ook wij kregen trouwens paprikaatjes, aubergines en tomaten mee naar huis - likkebaarden. 

Er zijn groenteabonnementen, fruitabonnementen en ook nog de 'eibonnementen'. Zo merk je dat Oogstgoed gaat voor een totaalplaatje. Hun teeltwisseling werpt nu al vruchten af.



Prachtproject. Het kriebelt om opnieuw langs te gaan om zo op een fantastische manier meer bij te leren over de biologische landbouw.


dinsdag 20 september 2016

Permacultuur met de grote P in Viane



Hof ter wilgen 

Als Wwoofer  ging ik een kleine week aan de slag in 'Hof ter wilgen'. Dit pareltje wordt gerund door Judith Postelmans, een vrouw met een hart voor haar tuin. Meer dan een hectare heeft ze onder haar hoede. En wat ze daar allemaal mee doet, lees je hieronder.



Tijdens de eerste rondleiding, denk ik: help ... hierin verdwaal ik meermaals deze week.
Na de eerste rondleiding denk ik vooral: dit is een tuin om van te snoepen en zoveel meer.

Judith hoorde ongeveer 15 jaar geleden voor de eerste keer over 'permacultuur'. Dit magische moment vond plaats tijdens een cursus vegetarisch koken, georganiseerd door Velt. Zo kwam ze terecht bij de organisatie 'Yggdrasil' - hun slogan: tuinieren met de natuur mee, niet tegen de natuur in. 

Verschillende cursussen, workshops, inspiratielessen later heeft ze het teeltwisselingssysteem van Velt vaarwel gezegd - pas op: ze is nog steeds lid van Velt en vindt hun woorden waardevol. Iedereen kiest gewoon het systeem van tuinieren dat het beste bij zich past. Ze besloot voluit te gaan voor permacultuur.

Heel veel vaste planten  - zoals bessenstruiken, aardbeien, warmoes, zeekool, smeerwortel, .... - staan verspreid in de tuin. Deze wisselen af met éénjarige planten - zoals bloemkool, look, aardappelen, tomaten, ... - en de 'kroonlaag': de bomen - zoals elzen, wilgen, notenbomen, appelbomen en zoveel meer. 

Een van de kernregels van de permacultuur luidt: loop niet op de bedjes! Dat is waarom er ook zoveel aandacht wordt besteed aan paadjes in de tuin. Een mooie laag gehakseld hout toont waar er kan gelopen worden. Zoals je reeds vroeger op onze blog las: spitten is dus totaal uit den boze. Bij permacultuur gaan we de bodem juist zo intact mogelijk houden en jaar na jaar voedzamer maken door een flinke mulchlaag aan te brengen.

Ideale mulch: Russische smeerwortel (deze zaait trouwens niet uit en woekert niet ... de enige in zijn soort)

En zo geschiedde: na het oogsten van (reuze-)aardappelen, gaan we op zoek in de tuin naar het juiste mulchmateriaal. Dit vinden we al snel bij de 'Russische smeerwortel' - een perfecte plant om aan de rand van plantenbedjes te zetten: het vormt een natuurlijke barrière tegen gras en ongewenste voetstappen. Deze plant kan je ook meermaals per jaar afsnijden, terwijl ze heel snel terug groeit -  en we versnijden ook enkele grote koolplanten om mee te mulchen.



Een dikke mulchlaag na het oogsten van de aardappelen 
Een rijke oogste halflate aardappelen

Zaaien of planten in golvende lijnen is ook een 'typisch' permacultuurverschijnsel: je wint er veel plaats mee, en het ziet er ook gewoon heel erg mooi uit. Zo mocht ik look planten tussen de paksoi, rode kool en andere slasoortigen door. Wetende dat look pas de volgende zomer opnieuw geoogst wordt, lijkt dit een mooie combinatieteelt.

En - eindelijk - weet ik nu ook hoe ik mijn bessenstruikjes het beste aanpak. Verdroogde takken worden met de grond gelijkgemaakt - de wortel blijft echter wel zitten ... opnieuw een manier om de bodem vruchtbaar te houden - en de 'nieuwe' takken hangen we aan de draad zodat zij de kans krijgen om volgend jaar heerlijke vruchten te dragen. Onder de bessenstruiken wordt er ook lustig gemulcht. Ofwel staat er plots citroenmelisse onder de struikjes. Kwestie van de bodem te bedekken.

En snoeien maar ... 
Ik heb het nog niet gehad over Judiths kookkunsten. Vijf dagen lang heb ik genoten van de meest voedzame en vooral lekkere maaltijden. Ik denk ook dat ik niet overdrijf als ik zeg dat minimaal 80 procent van mijn bord vol lag met voedsel uit Judiths tuin. Zo kwamen we tijdens onze werkweek 'toevallig' een prachtige paarse bloemkool tegen. Een dagje later lag die reeds op onze borden.

Ook aan de 'overvloed' wordt er gewerkt. Judith leerde me ook pekelen en fermenteren. Al die courgettes en komkommers krijgen zo de kans om ook nog in de winter vers opgegeten te worden. Benieuwd naar deze receptjes? Je vindt ze snel terug op onze receptenpagina.

Judith bedekt het fermenteermengsel met koolbladeren

Ik zou nog pagina's kunnen schrijven over deze inspirerende plaats. Maar dat ga ik (voorlopig) niet doen. Wel vertel ik nog snel dat er een voedselbos in de maak is. Esmeralda was ooit ook Wwoofer bij Judith, en gaat nu een stukje weide aanpakken om het permacultuurverhaal volledig te maken. Wordt vervolgd?!

Mmm 
Pompoenen in overvloed 
Stengelajuinen, overal in de tuin. 
Sojabonen, om échte sojascheuten te ontkiemen 

Hier en daar een reuzeknolselder

Aan inspiratie geen gebrek. 

De weide, helemaal klaar om in een voedselbos te transformeren. 






zondag 18 januari 2015

Des vieux amis à Paris

Vorige week waande Tine zich even een echte Parisienne. Het lijkt bijna banaal om na de aanslagen in de Franse hoofdstad te schrijven over Tines avonturen die zich op hetzelfde ogenblik afspeelden, maar we doen het toch. Doorgaan en blijven zoeken naar kleine dingen om het leven wat mooier, duurzamer en misschien wel eenvoudiger te maken, blijft ons doel.

Het was Tines eerste kennismaking met de stad van de romantiek. Ze werd op sleeptouw genomen door Tomás Strac. Onze Franse vriend die we twee jaar geleden in Costa Rica ontmoetten – jaja, al zo lang geleden - jullie wel bekend van het filmpje over 'Cob building'.



Tomás reisde drie jaar de wereld rond om zijn architecturaal lichtje op te steken en ervaring op te doen in natural building - op www.tomasstrac.wix.com/conception kom je heel wat meer te weten. Kort na onze ontmoeting in Villas Mastatal waar hij samen met de vrijwilligers een kippenhok uit aarde en bamboe bouwde, leerde hij zijn huidige vriendin Stefanie kennen. Een Amerikaanse met een even grote liefde voor reizen en voor de natuur. Samen trok het tweetal verder en sinds kort zijn ze terug in Europa. Ze kochten een busje en een yurt om in te wonen en zijn op zoek naar nieuwe projecten op ons continent. De voorbije drie weken rustten ze even uit in het appartement van Stefanies halfzus Rey in Parijs. Daar ging Tine hen bezoeken.

In ruil voor hun verblijf maakten Tomás en Stefanie enkele unieke meubelstukken voor Rey die op dat moment in India zat. Zij studeert sinds twee jaar mode in Parijs en had behalve - gelukkig nep - bontmantels, een matras en wat keukengerei nog niet echt geïnvesteerd in meubels op het Europese continent. Tomás en Stefanie hadden dus een missie. In Parijs, een stad van overdaad - zoals de meeste grote steden - is het blijkbaar heel normaal om meubels die je niet meer nodig hebt gewoon op straat te zetten. Stefanie en Tomás slaagden erin om met gevonden planken, kistjes, oude poten,... een wandkast in elkaar te steken en het resultaat willen we jullie niet onthouden.


Mooi toch? De spirit van het recycleren borrelt op, maar het kan nog beter. Het wordt vooral tijd dat we met z'n allen stilstaan bij wat we kopen. In een miljoenenstad als Parijs merk je hoe sterk de impact van de mens is op het milieu. Iedereen koopt en koopt en koopt er op los. Afgedankte spullen belanden gewoon op straat. De vuilnismannen weten er wel raad mee. Recycleren is goed en nodig maar minder produceren, bewuster consumeren ook. Misschien wel nog meer. De wegwerpmaatschappij is geen fabeltje en hoe je het ook draait of keert, dit is niet houdbaar. Er zijn al heel wat goeie initiatieven met als sleutelwoorden: ruilen, freecycle, hergebruiken enz. 

Tot zover de preek, terug naar Tomás en Stefanie die ook nog een kapstok in elkaar flansten met de uiteindes van kapotte paraplu's en de binnenkant van een kapotte lamp. Het resultaat mag er wezen.


Het was een fijne trip, en ondanks de overdaad en de aanslagen, is Parijs een mooie stad met een rijke geschiedenis. Het was genieten. Ook van het lekkere eten trouwens. Binnenkort krijgen jullie het receptje van Tomas' galettes met rode bietjes' en Stefanies springrolls met pinda-gembersaus. Zeker in het oog houden!
 

donderdag 25 september 2014

Soepcafé Dampkring

Het was weer een tijd stil in Ecotrippingland maar na enkele maanden zomeren, tikt ons ecologisch hartje opnieuw op volle toeren. We zijn klaar om jullie de komende tijd te inspireren en hier en daar wat kennis rond te strooien.

Vorige week zaterdag vond in Gent het 'Niets is verloren festival' plaats. Naast enkele workshops rond verspilling, ging het vooral om een voedseloverschottenbanket voor maar liefst 5000 mensen. Samen met enkele Gentse chefs maakte de Gentse hotelschool gratis maaltijden klaar met voedsel dat anders afval zou worden. Hiermee deed de stad mee aan een wereldwijde campagne - onder andere Londen, Parijs en Amsterdam gingen haar voor- om de aandacht te vestigen op een duurzamer voedselsysteem.

Maar Gent zou Gent niet zijn als dit een eenmalig initiatief was. Overal in de stad ontspruiten projecten van enthousiastelingen die willen meewerken aan een betere wereld. Zo is er Soepcafé Dampkring. Elke woensdag - behalve de laatste van de maand - kan je vanaf 19u in het buurtcentrum in het Lousbergpark je buik vullen met allerlei heerlijks gemaakt met voedseloverschotten.


Vlijtige vrijwilligers staan vanaf 16u achter de kookpotten om een rijkelijk buffet te creëren met voedsel'afval' dat ze de dag voordien in de plaatselijke buurtwinkels ophaalden. Ze kijken waarmee ze het moeten doen, kopen hier en daar nog wat broodnodige ingrediënten en gaan aan de slag. Tine draaide een middagje mee in de keuken. Het was een gezellige boel, zeker voor herhaling vatbaar!


Michiel, een Nederlandse Nederlander bracht het idee mee uit Nijmegen. Samen met zijn vriendin Charlotte startte hij vorig jaar in januari het project. Al snel werden ze omringd door een enthousiaste kern vrijwilligers die het soepcafé helpt dragen.


Een lange tafel met heerlijke schotels, toastjes en natuurlijk een grote kom soep – SOEPcafé- staat elke keer weer klaar. Aan het einde van het buffet vind je een bokaal voor vrijwillige bijdrages - je kiest dus zelf wat je geeft. Met deze centen kopen de initiatiefnemers ingrediënten waarop geen vervaldatum staat zoals noten en kruiden. Vorig jaar sloot het soepcafé haar debuutjaar af met winst. Het geld verdeelden ze onder goede doelen in de buurt. 



Jong en oud schuiven aan. Via mond-aan-mondreclame wordt de bende steeds groter. Iedereen wast zijn eigen bord af en hier en daar een pan en hop ze gaan met z'n allen blij en met gevulde magen slapen. Er is weer wat minder voedsel verspild en de sociale contacten zijn aangescherpt. Alleen maar voordelen dus. 



Wij zijn fan van alle projecten die mensen samen brengen. Wat sterkt de banden meer dan samen te koken en te eten? Als het dan nog eens met voedseloverschotten kan, is het helemaal fantastisch.
  
Bedankt team Soepcafé!

donderdag 19 juni 2014

Het voedselbos

Enkele weken geleden sloeg de 'Ecotrippingkriebel' knalhard toe: met de belbus trokken we dan maar naar het Voedselbos in Nokere. Ons ecologisch hartje ging er sneller van slaan. We voelden ons als een vis in het water toen we terechtkwamen in de groene oase. Eindelijk konden we onze behoefte nog eens doen op een droogtoilet. We zagen een wilgenhut in volle bloei en een huis gemaakt uit leem en hout - door de vele vrijwilligers met liefde gedoopt tot het "trondus". 


Het begrip 'voedselbos' vloog ons tijdens het voorbije jaar vaak om de oren maar nog nooit konden we er één aan de levende lijve ervaren tot nu. Met een glimlach betraden we dan ook het paradijs van Bert en Suus. Naast een pratende wortel, kwamen we er ook en vooral een rijk gevuld bos tegen met eetbare planten, schimmels, bomen en een mengelmoes aan verhalen.

De fietsgenerator en de wortel

Bert gaf ons een beklijvende rondleiding. Tijdens zijn verhaal merkten we al heel snel dat deze man en zijn gezin helemaal weg zijn van hun voedselbos. Dat hij zijn juweeltje heeft opgebouwd samen met een hele bende vrijwilligers en cursisten maakt het plaatje compleet: in permacultuur sta je nooit alleen, mensen rondom jou zijn deel van het hele proces. Een van de projecten die uit hun samenwerking met andere mensen is ontstaan, is 'de fietsgenerator'. Wij als ecotrippers deden de test! En jawel, de radio verbonden aan de fiets begon mee te brullen. Je ziet: de vindingrijkheid is hier eindeloos.


Al jarenlang is Bert een rasechte natuurvoorvechter. Stap voor stap werd zijn interesse uitgebreid naar een passie om zelf voedsel te kweken, zonder te vervallen in de gangbare landbouw waar gifstoffen en kunstmest nu eenmaal 'onmisbaar' lijken. Monocultuur versus voedselbos. Een wereld van verschil. De eerste is praktisch, maar heeft heel wat nadelen: ziektes, besproeien, vervuiling. De tweede toont dan weer de rijke biodiversiteit van deze wereld: meer dan 600 plantsoorten vind je er terug - onze maagjes begonnen spontaan te rommelen en grommen. 

Je kon onder andere je eigen 'schimmelstam'
 kopen. Om ook de biodiversiteit in
 jouw moestuin te bevorderen.

Een van de belangrijke eigenschappen van het bos is dat de meeste planten 'vast' zijn, dus meerjarige planten. Het feit dat er tussen de zuid - en de noordkant ongeveer 5 graden verschil is, maakt dat je zo een grote variëteit hebt binnen je plantensoorten - haal jullie thermometer maar al boven in jullie moestuinen! Ook het dierenrijk waant zich in een waar paradijs. Zo kan je hier een hele meute gastarbeiders spotten: WORMEN. 

Alles in het bos heeft zo zijn eigen functie. Kunstmest of olie is dan ook overbodig. Het is een levend systeem: naast groenten, heb je ook een apotheek in je tuin en kan je in een stil hoekje helemaal tot rust komen. Deze 'gestructureerde chaos' zorgt ervoor dat elk deeltje van de tuin ondersteund wordt door een ander deel. Hoe meer je erin vertoeft, hoe meer je ontdekt.

De wilgenhut

Tijdens de 'Ecotuindag' viel vooral op hoeveel mensen de permacultuurkriebel te pakken hebben. Iedereen luisterde geboeid naar de verhalen van Bert en andere vrijwilligers die het beste van zichzelf gaven. Zo was er ook iemand die workshops 'natuurlijk zeisen' gaf. Met veel enthousiasme legde hij uit hoe je op een natuurlijke manier komaf kan maken met je lange grassprieten. 


Naast het educatieve luik, hebben wij ook genoten van een ludieke zangpartij, heerlijke zelfgemaakte desserts en vlierbloesemsap. Een sfeer dat je heel vaak terugvindt waar mensen samenkomen met een doel voor ogen: de wereld een klein beetje mooier maken door de natuur zijn gang te laten gaan.




Wij keken, vroegen, schreven, babbelden, lachten, leerden, zochten, vonden ... kortom: wij  ECOTRIPTEN.

Meer van dat graag!


vrijdag 11 april 2014

Van kleding swoppen en taart hoppen

Swopperkesdag

Ondertussen rolt die naam al vlotjes over de tongen van menig Zelenaar. Het derde jaar op rij al organiseert Transitie Zele deze dag. Het concept is simpel: ruilenruilenruilen én versgebakken taart eten én snuisteren tussen de spulletjes van enkele rasechte Zeelse ontwerpers ... tot je er bij neervalt - of gewoon tot je uitgeruild en uitgesnuisterd bent.




Kleding swoppen is in. Zoveel is duidelijk! Reden te meer om het ook eens te proberen. Goedkoop een nieuwe, originele outfit scoren? Dan is Swopperkesdag de dag waar je bij moet zijn. Een dagje voor het hele swopgebeuren, breng je kledij waar je zelf een beetje op uitgekeken bent, maar dat wel nog in goede staat is, naar het Transitieteam. Zij geven punten aan de verschillende kledingstukken die je dan op de dag zelf krijgt. Daarmee kan je naar hartelust swoppen.


Zeelse ontwerpers tonen hun kunstwerkjes
En we kunnen het beamen: er waren heel wat pareltjes te vinden. Voor ieder wat wils. Stuks die binnengebracht werden, maar niet echt voldeden aan de 'properheidseisen', werden in de gratis 'swopbox' gedropt. Mensen die langskwamen en niets hadden om te ruilen, konden zo toch nog hun slag slaan.

Gratis 'swopbox'

Mensen kwamen ook gewoon langs omdat ze wisten dat het gezellig zou zijn. Dat sociale kantje aan Transitie Zele is niet meer weg te denken. Of het nu gebeurt met een swopevenement, een picknick, een werkdag op de volkstuintjes of een lezing: overal komt dat samenzijn naar boven. Samen denken aan een nieuwe toekomst (zonder olie?!), samen grotere dingen verwezenlijken, ... kortom: samen creatief denken en vooral DOEN. En dat is iets dat we tijdens onze Ecotripping-avonturen meer dan eens gevoeld hebben.

Het Zeelse Transitieteam

We blijven dan ook zoeken naar ecologische projecten met een ziel. Ons ecoverhaaltje is nog lang niet uitgezongen.

Tot Swops!


vrijdag 7 maart 2014

StuJardin

StuJardin, een organisatie van en voor studenten die de Gentse studiebollen leert tuinieren. Het wekte vorig jaar al onze interesse maar dit jaar vonden we eindelijk de tijd om één van hun 'groeiavonden' mee te maken.

Ze hebben enerzijds een moestuin waar studenten hun tuinierend hartje kunnen ophalen en anderzijds organiseren ze allerlei workshops en infoavonden. Op 18 februari ging de tweede editie van tuinieren op kot door. Laat je niet afschrikken door het studentikoze karakter. De tips zijn er voor jong en oud die niet het geluk hebben over een grote tuin te beschikken en het waren heus niet enkel studenten die op de groeiavond afkwamen.


Gratis en voor niets vlogen de tips ons om de oren. Toegegeven, niet alles was nieuw voor ons maar het was fijn om mede-enthousiastelingen te ontmoeten en we hebben bijgeleerd.

Interessantst om onmiddellijk uit te proberen vonden we de kiemgroentjes. Nodig: een gewassen bokaal, gaas zonder chemicaliën en wat biologische kiemzaadjes - volgens de kiemkenner het voordeligst via eBay te kopen onder de naam 'sprouting seeds'. Spreid de zaadjes op de bodem uit (niet te veel, want ze groeien als kool!), sluit de bokaal af met het gaas en zet ze onder water. Na 12u tot 24u weken mag je het vocht afgieten en laten uitlekken. Daarna de zaadjes elke dag 1 tot 2 keer per dag onder water zetten, afgieten en laten uitlekken. Binnen de vier tot tien dagen heb je een bokaal vol lekkere kiemen. Ze zijn één week houdbaar in de koelkast als je ze goed hebt laten uitlekken - gouden raad van tante Tine, plaats ze omgekeerd op een bordje of het dekseltje van de bokaal zodat het water zich rustig uit de pot kan verwijderen. Gebruik het water dat je afgiet voor je kamerplanten want er zitten veel voedingsstoffen in.




Nog niet overtuigd? Kiemgroentjes bevatten tot vijf keer meer vitamines dan de vrucht van de volgroeide plant. Ze smaken lekker en je kan ze overal bijgooien. Gewoon proberen!

Maar zoals gezegd was er nog veel meer. Zo konden we praten met mensen die hun eigen champignons kweken in zakken met stro. Het lijkt ons zeker de moeite om hier dieper op in te gaan maar dat houden we voor een volgende keer omdat we eerlijkheidshalve nog niet volledig mee zijn in het verhaal. 



Ook met zaadbommetjes werd er weer gegooid. Grote voordeel van het maken van een bommetje is dat de zaadjes minder snel opgegeten worden door vogels of wegwaaien. Je geeft ze een grotere overlevingskans. De organisatie 'Gardens of life' koppelt er een luik 'ontwikkelingssamenwerking' aan en gaat in derdewereldlanden deze techniek promoten. Voor meer info neem gerust een kijkje op hun site.



De wormenbak kwam ook opnieuw aan bod. Tijgerwormen helpen om het composteringsproces van je groenafval te versnellen. We kregen de professionele bak te zien met kraantje onderaan om het vruchtbare sap te oogsten, maar ook de zelfgemaakte eenvoudige versie met twee emmers die je in elkaar plaatst. In de bovenste zitten gaatjes zodat het overtollige vocht uit de 'compost' kan lekken. Naar het schijnt een geurloze techniek, zelf nog niet geprobeerd maar wel al regelmatig tegengekomen dus zeker iets om ons verder in te verdiepen.



En tot slot konden de studenten ook nog hun eigen recyclagetuintje ontwerpen met petflessen, melkbrikken,... Ze lieten zich volledig gaan en de pretlichtjes in hun ogen blonken terwijl ze op creatieve wijze allerlei constructies in elkaar knutselden.